Vier

Sep 15, 2017
Jenisej
Jenisej

Dimitri vertelt verder. Zelf werkt hij in een schacht die zich meer dan één kilometer onder de grond bevindt. Naar het werk gaat hij met een lift met twee verdiepingen waarin 50 man tegelijk kan. Deze brengt hem op een kleine twee minuten op zijn werkplaats. Hij is afkomstig van een dorpje een paar tiental kilometer ten zuidwesten van mijn eindbestemming. Hij verhuisde naar Norilsk omwille van het aantrekkelijke loon. Zoals vele Russen heeft ook hij een heel deftige smartphone en hij spekt zijn verhaal met foto’s. Hij speelt ijshockey en toont me zijn ploeg. Ze poseren in de sporthal van Doedinka. Doedinka is gelegen aan de Jenisej. Het is de havenstad van waaruit de in Norilsk ontgonnen ertsen worden verscheept. Ze hebben hun wedstrijd gewonnen en dit nadien uitbundig gevierd. Ook deze met wodka overgoten viering illustreert hij met foto’s. Een andere favoriete bezigheid van hem – net zoals van vele andere Russen – is zich samen met vrienden terugtrekken in de natuur en daar aan een kampvuur genieten van een weelderig maal. Dimitri vraagt me mijn smartphone, hij wil zijn favoriete muziek met me delen. Razendsnel heeft hij mijn bluetooth geactiveerd maar zijn muziek delen, lukt niet: te weinig ruimte op mijn telefoon. Tja, ik kocht hier de goedkoopst mogelijke smartphone. De mensen van het internationale departement van de universiteit wisten me te overtuigen dat een telefoon hier echt nodig is. Ik heb me het nog geen moment beklaagd dat ik hun advies volgde. Wel jammer dat ik niet voor een betere ging.

Lieven Vandenhole
Lieven Vandenhole

De trein begint te vertragen, dit is mijn halte. Nog snel een stevige handdruk met Dimitri en weg moet ik.

De trein stopt. De wagonverantwoordelijke opent de deur en laat de trap uitvallen. Haastig verlaat ik de trein. Voor zover dat mogelijk is – het is hier pikdonker – kijk ik even om me heen. Niemand te bespeuren. Wel brandt het licht van wat het station moet zijn. Ik stap in die richting. Blijkbaar ben ik de enige die hier afstapte. Mijn gastvrouw is nergens te zien. Ik loop rustig naar de andere kant van het stationsgebouw maar ook hier is niemand op te merken. “Hier sta ik dan om 3.37 uur in de morgen in een door god vergeten dorpje. Een dorpje op honderden kilometers van de dichtstbijzijnde stad. Een dorpje waarvan ik niets weet, waarin ik niemand ken. Ik heb eten noch tent noch slaapzak bij me .” Mijmeringen die me tot mijn eigen verbazing niet verontrusten. Mijmeringen die worden onderbroken door de eerste prik van de velen die nog zullen volgen. Die zijn al wakker: muggen, dazen, en andere menslievende bloedzuigers. Mijn idee een paar uur te wachten om te zien of mijn gastvrouw alsnog opdaagt, daar heb ik wellicht te weinig bloed voor. Ik kijk binnen in het stationsgebouwtje en merk een wachtzaal. Ik loop terug richting sporen, duw tegen de deur van de wachtzaal en ja! die is open. Zo’n grote wachtzaal voor zo’n klein dorpje. Hier kan ik zonder probleem wel een paar uur wachten, desnoods zelfs tot vannacht wanneer er opnieuw een trein passeert.

Pas na een paar minuten merk ik in één van de hoeken een venstertje van een twintig op twintig centimeter. Achter dat venstertje een vrouw in uniform. Dit station is bemand en het loket is op dit onmogelijke uur open! Hoe is dat mogelijk? Dat kan dat toch enkel in Rusland? Wat later lees ik dat het loket elke dag open is van 03.10 uur tot 03.48 uur en van 21.28 uur tot 22.10 uur. Om 3.48 uur stipt sluit het venstertje. Nog voor 4 uur staat de geüniformiseerde vrouw in de wachtzaal. Ik moet deze verlaten want het station sluit. Terug naar mijn vrienden de bloedzuigers.

Tekst en foto: Lieven Vandenhole

Lees het Dagboek uit Rusland

Vorig artikel Toergenjev-salon: mystiek, portretten en films
Volgend artikel Ghent Russia colloquium

April 2024

Ons steunen

Deel je Trakteer ons op een 
Spasibo bestaat zonder geld, maar niet zonder inspanning. Vind je een artikel leuk? Doneer voor een vrijwilligersvergoeding van je favoriete auteur. Elke cent telt!