Tijd, 10

Mrt 26, 2018
Station Novosibirsk
Station Novosibirsk

Mijn trein terug mag ik niet missen. Dus uren te vroeg in het station. Ik ben niet de enige die anderen bekijkt. Zonder dat ik het weet, heb ik haar blik gevangen. Zij weet meer over mij dan ik kan vermoeden. Ze trekt haar stoute schoenen aan en spreekt me aan. Kan ik haar helpen? Tja dat hangt ervan af waarvoor ze mijn hulp nodig heeft. Ze heeft een doosje bij zich dat naar Krasnojarsk moet. Kan ik het voor haar meenemen? Wie is die vrouw? Hoe weet zij dat ik naar Krasnojarsk ga? Wat ik wel weet, is dat ik haar niet vertrouw. Ze druipt af maar blijft net als ik in de wachtzaal rondhangen. Ze lijkt een reizigster.

Deze keer deel ik de bank met een ouder koppel en een jongeman met weelderige tattoos. De tattoo-man schenkt me amper een blik. Het koppel probeert tot een gesprek te komen. Aan een paar woorden van mij hebben ze genoeg om te vermoeden dat ik Duitser ben. Wetende welk een ravage de Duitsers en hun bondgenoten hier hebben aangericht tijdens de Tweede Wereldoorlog, ben ik blij een Belg te zijn. Ze wonen in Jekaterinenburg en gaan op bezoek bij hun kleinzoon in Irkoetsk. Een treinreis van 53 uren. De man probeert het me naar de zin te maken. Wanneer hij zijn bed begint op te maken, denk ik dat hij wil slapen. Dan kan ik best mijn eersteverdiepsbed opzoeken . Hij stelt me gerust. Echt slapen zal hij niet doen, ik mag gerust op de bank blijven zitten.

Lieven Vandenhole
Lieven Vandenhole

In de “coupé” (van echte coupés is geen sprake in een platzkartwagon) voor ons zitten drie jonge vrouwen. Ik ben niet de enige die hen heeft gespot. Drie jonge mannen in de “coupé” achter ons hebben hen ook gezien. Ze kunnen het niet laten de meisjes te benaderen en hén te overladen met aandacht, ons met hun luidruchtige grappen en grollen. Wat een verschil met mijn heenreis naar Novosibirsk. Toen zou de wagonverantwoordelijke al lang hebben gesommeerd het rustiger aan te doen. De laksheid van onze huidige wagonverantwoordelijke verspreidt zich als een lopend vuurtje en dit niet enkel in onze wagon. Voortdurend passeren ook andere passagiers om “in den duik” te roken in het sas tussen twee wagons in. De passage van de treinverantwoordelijke en haar vraag naar opmerkingen of verbetervoorstellen brengt geen soelaas. Het wordt een wakende nacht.

In Mariinsk staat de trein 32 minuten stil. Het is 2.30 uur ’s nachts maar het winkeltje op het perron is open. In beddentreinen is het ongewoon warm. Ik heb zo’n dorst gekregen dat de gekoelde dranken naar mij lonken. Waarom kan ik die frigo naast het winkeltje op het perron niet openen? Ik richt me met een vragende blik tot de verkoopster. Zij schudt me een hulpeloze nee toe: “Ik kan de afstandsbediening van het frigoslot al de hele tijd niet vinden.” Haar voorstel een drankje te nemen uit een andere frigo die ze wel kan openen, sla ik af. In die frigo staat enkel bier.

De drie jongemannen en drie jonge vrouwen brengen deze langdurige stop door op het perron. Ook hier een gelach en een geroep van jewelste.

Tekst en foto: Lieven Vandenhole

Lees het Dagboek uit Rusland

Vorig artikel Aleksandra Rybakova, Georgij Shagalov, “In de salons van de tsaar”
Volgend artikel Russische schrijvers (her)ontdekt

April 2024

Ons steunen

Deel je Trakteer ons op een 
Spasibo bestaat zonder geld, maar niet zonder inspanning. Vind je een artikel leuk? Doneer voor een vrijwilligersvergoeding van je favoriete auteur. Elke cent telt!