Russen en Russinnen – Andrej

Dec 11, 2018
Ergens onderweg
Ergens onderweg

Onze eerste poging breken we af wanneer we beseffen dat we er niet voor donker zullen geraken. Twee keer dezelfde weg? Liever niet. Onze eerste poging via het zuiden, deze keer dus vanuit het noorden. In beide gevallen rijden we aanvankelijk over vlot te berijden wegen. Het grootste stuk van de tocht echter zijn grindwegen ons deel. 

In Novosibirsk kost dergelijk toiletpapier 5 roebel de rol. Hier maar liefst 18 roebel, bijna vier keer zo veel. Niet dat het ons zal ruïneren. Niet dat ik het niet had moeten weten. Vorig jaar al bleken levensmiddelen in een dorp heel wat duurder dan in de stad. Naast het winkeltje een toilet. Een hokje boven een gat in de grond. De achterkant hoef je niet dicht te timmeren. Het lange onkruid onttrekt je aan het zicht. Tot ze dat maaien natuurlijk...

Deze brug, hebben we die niet eerder gezien? Aan de andere kant van de brug onderbraken we onze eerste poging. 

We rijden het dorp Novososedovo in. We moeten vlakbij zijn. De karrenweg waarlangs de gps ons leidt, dwarst een riviertje. Geen brug! Met ónze wagen zullen we ons hopeloos vast rijden. We stoppen net op tijd om zonder hulp op onze stappen te kunnen terugkeren. De twee jongelingen die we zonet passeerden, staan nog steeds ééntje te roken. Omwille van hun vreemde gezichtsuitdrukking aarzelen we hen aan te spreken. Zijn ze weed aan het roken? Bij gebrek aan alternatief richten we ons tot hen. Ze gissen waar we heen willen. Ze hebben het bij het rechte eind: we zijn inderdaad op zoek naar de Berdsk-kliffen. Hoewel ze goed weten hoe daar te geraken, valt het hen moeilijk ons instructies te geven. Hun uitleg beperkt zich tot het aanwijzen van de richting waarin we hun dorp dienen te verlaten.


Berdsk-kliffen

Na een paar keer verkeerd rijden, bereiken we de parking aan de ingang van het natuurpark. Nog een half uurtje te voet en we zullen ze eindelijk zien. Hoewel een bekend natuurgebied kruisen we niemand. Ook op het eigenlijke uitzichtpunt zijn we helemaal alleen. Zalig. Maar wie zien we daar? Een van de twee jonge kerels die we daarnet aanspraken. Hij observeert ons vanop afstand. Gedraagt zich alsof hij liever had dat we hem niet hadden gezien. Wisselt blik noch woord.

Hebben we te veel films gezien? Zijn afwezige aanwezigheid verontrust ons. Houdt hij de wacht om zijn kompaan te verwittigen wanneer we terugkeren? Opdat die kompaan in alle rust onze wagen zou kunnen leegroven? Oksana probeert wat ook ik denk dat we horen te doen. Ze spreekt hem aan. Zijn reactie beperkt zich tot het murmelen van enkele betekenisloze klanken en het zich buiten ons gezichtsveld verwijderen. Vreemd. Het genieten van het uitzicht zit erop. Toch maar terugkeren om te weten wat er aan de hand is. 

Net begonnen aan de afdaling, zien we hem opnieuw. Zodra hij ons merkt, doet hij alsof hij bomen en struiken observeert. Vervolgens stapt hij ervandoor. Wij versnellen, hij versnelt. Wat is hier aan de hand? Wanneer wij even stoppen, is hij binnen de kortste keren niet meer te bespeuren. Bij ons verder afdalen, herhaalt dit scenario zich enkele keren. 

Een plotwending. Hem hebben we al een tijdje niet meer gezien wanneer vijf even haveloze mannen ons tegemoet komen. Op ons afkomen. Ik ben zeker van hun onfrisse bedoelingen en roep Oksana toe dat ik klaar ben. Klaar voor wat fluistert ze? Om te vechten. Later vertelt ze me dat zij bij deze woorden haar zakmes in haar rugzak met de hand omknelt. 

Ergens onderweg
Ergens onderweg

De eerste kruist ons. Gaan ze pas over tot de aanval eens we omsingeld zijn? De tweede en derde kruisen ons. Zou ik me toch vergist hebben? Ook de laatste twee laten ons ongemoeid. Wat een opluchting een vergissing kan zijn.

Terug aan de wagen. Tot ons ongeloof blijkt die heel. Waarom is hij ons dan gevolgd?

Het antwoord reikt zich aan bij het verlaten van de landweg. In de verte zien we hem stappen. Nu de doemscenario's onterecht blijken, willen we er toch het fijne van weten. Bij het hem passeren vertraagt Oksana. Ze spreekt hem opnieuw aan en vertelt hem hoe zeer we van het uitzicht genoten hebben. Een brede glimlach tovert zich op zijn gelaat. Hij verwoordt het niet maar hij is blij dat het ons beviel. Oksana vraagt hem of hij hier in het dorp woont. Hoe hij zijn dagen vult. Nu wij hem met een gerust gemoed tegemoet treden, kan ook hij dat naar ons toe. Met horten en stoten vertelt hij dat hij bij zijn moeder inwoont. Dat hij gras snijdt voor de dieren en dat dit een best wel lastige job is. Wanneer Oksana hem bedankt voor zijn hulp vraagt hij of we roken. Of we er eentje kunnen missen. Heel soms ben ik content een roker te zijn. Het moment waarop ik hem mijn nauwelijks aangebroken pakje sigaretten overhandig, is een van die zeldzame keren.

Het verhaal zoals wij er vorm aan geven. Andrej is een jongeman met beperkingen die hij moeilijk kan wegstoppen. De versufte blik, de gebrekkige manier waarop de te volgen weg wordt uitgelegd, ons vermoeden dat hij en zijn “kompaan” weed aan het roken zijn, .... 

Zijn beperkingen worden gewoonlijk kleinerend, manipulerend of kwaadaardig brutaal onthaald. Hij is niet vertrouwd met de vriendelijke en respectvolle wijze waarop wij hem bij onze eerste contact tegemoetkomen (we gebruiken zelfs de beleefdheidsvorm U). Hij wil meer van dat. Hij is echter te onzeker om daar zelf op aan te sturen.

Tekst en foto's: Lieven Vandenhole

Lees het Dagboek uit Rusland

Vorig artikel Krim vecht voor voetbaltoekomst: ‘Barcelona wil toch ook Frankrijk in?’
Volgend artikel Caroline Alida – Hearing songs in pine trees

Maart 2024

Ons steunen

Deel je Trakteer ons op een 
Spasibo bestaat zonder geld, maar niet zonder inspanning. Vind je een artikel leuk? Doneer voor een vrijwilligersvergoeding van je favoriete auteur. Elke cent telt!