Road trip uit Toeva, 8

Mrt 4, 2019
Stuwmeer aan de waterkrachtcentrale nabij Divnogorsk
Stuwmeer aan de waterkrachtcentrale nabij Divnogorsk

Voor ons vertrek wordt gecontroleerd of het appartement en zijn uitrusting zich nog in dezelfde staat bevinden als bij aankomst. De dame neemt haar taak serieus. Er ontbreken twee koffielepeltjes. Haar blik verspringt tussen mij en mijn rugzak. Verdenkt ze me deze in mijn rugzak te hebben verstopt? Verwacht ze dat ik mijn rugzak binnenste buiten keer om haar het tegendeel te bewijzen? Ik bereid me voor haar duidelijk te maken dat daar niets van in huis komt, dat ik haar die lepeltjes wel zal betalen. Wanneer ze uitspreekt wat ze verwacht – dat ik mijn rugzak verplaats zodat ze ook de zetel waarin die ligt, kan controleren – doe ik dat met een glimlach. Later vertelt Oksana me dat mijn blik boekdelen sprak. Mijn verontwaardiging bij de idee dat ze mijn rugzak wou controleren, spatte van mijn gezicht. Mijn glimlach bij het misverstand toont haar het misverstand: “Dacht jij nu echt dat ik jouw rugzak wou controleren?”

Bij het stuwmeer aan de waterkrachtcentrale ten zuiden van Abakan werd het zwemmen ons verhinderd door de als bij een leeggegoten luciferdoosje wanordelijk naast en boven elkaar geschrankte boomstammen. Bij het oponthoud van de Jenisej aan het stuwmeer ten zuidwesten van Krasnojarsk kennen we meer succes. Hier is sprake van waar stuwmeertoerisme: een camping, eetgelegenheden, mogelijkheden tot een tochtje met een zeiljacht, … Wij willen enkel zwemmen. Andere badgasten beloven op onze op het strand achtergelaten badhanddoek en autosleutel te passen.

Stolovaja, Divnogorsk
Stolovaja, Divnogorsk

Een GAS of erger aan mijn been? Langs een drukke uitvalsweg in Atsjinsk: winkels, cafés, een benzinestation, parkeerplaatsen, open ruimte, hier en daar een struik of boom. Waarom terug het café ingaan waar we zonet een kop koffie dronken? Ik kan toch net zo goed tegen die boom plassen? Een paar druppels later een toeterende sirene. Me halvelings omdraaiend, zie ik de oplichtende zwaailichten van de blauw bestreepte Niva aan de andere zijde van de uitvalsweg. Om te tonen dat ik besef in de fout te zijn gegaan, steek ik verontschuldigend mijn hand op. Terwijl ze wachten om de weg te kruisen, tonen ze me vanuit wagen de richting waarin ik me dien te begeven. Ik zal er dus niet van af komen met mijn verontschuldiging en een verwittiging. Ik roep Oksana. Mijn paspoort ligt bij haar in de wagen. Die staat te ver af om daarheen te stappen zonder daarbij hun richtlijn in de wind te slaan. Ze hoort me niet. Ik zal me niet onmiddellijk kunnen identificeren. Hopelijk doen ze niet te moeilijk. Nogmaals roep ik Oksana. Nu hoort ze me maar ze begrijpt me niet. Moge ik er met een geldboete en een weinig oponthoud vanaf komen. Oksana komt op me toegestapt. Ik herhaal dat ik vermoed een probleem te hebben. Ze kijkt onbegrijpend. Daarop draai ik me om. Geen politie te bespeuren. 

Dat we opnieuw, zij het in de andere richting, langs de Transsiberische weg rijden, blijkt uit de vele onderhoudswerkzaamheden. Aangezien deze weg, hoewel een hoofdweg, slechts twee rijvakken telt, staan we dikwijls stil. Het verkeer wordt om beurten langs één en dezelfde rijstrook gestuurd. Verkeerslichten verzekeren het ordentelijk verloop. De menselijke aard echter leidt tot absurde situaties.

Stuwmeer aan de waterkrachtcentrale nabij Divnogorsk
Stuwmeer aan de waterkrachtcentrale nabij Divnogorsk

Wanneer het licht op rood springt, denkt de chauffeur die had moeten stoppen: “Och ik kan nog aansluiten, wat maakt nu één wagen verschil?” De chauffeur van de volgende wagen denkt identiek. De daaropvolgende: “Er zijn er al twee door het rood gereden, waarom zou ik dat dan niet doen” Lieven aarzelt, stopt voor het rood.

Bestuurders uit de tegenovergestelde richting denken zoals mijn voorgangers. Tussen hen geen Lieven. Wanneer het verkeerslicht verspringt naar groen, kan ik, als ik niet uit ben op een frontale botsing, niet anders dan wachten. Ik zie in de verte de laatste wagen van de stroom tegenliggers en start de wagen. Net na het aanzetten, merk ik dat het verkeerslicht al terug op rood staat. Tja, ik kan hier ook niet eeuwig blijven wachten. Rijden maar. In mijn zog een rij wagens waarvan ik het einde niet zie. Ook voor onze tegenliggers zal het dus worden: bij groen sta je stil, bij rood rijd je.

Tekst en foto's: Lieven Vandenhole

Lees het Dagboek uit Rusland

Vorig artikel Road trip uit Toeva, 7
Volgend artikel “Groeien, leren, ontdekken… Dat kan je altijd en overal”