Road trip in de kraj Altaj, 4 

Okt 8, 2018
Feest in Redkaja Doebrava
Feest in Redkaja Doebrava

De gastvrouw van het Gasthaus raadt ons aan Redkaja Doebrava, dat vandaag zijn 110de verjaardag viert, te bezoeken. Van bij de aankomst is het duidelijk dat we ons nog in het Duits Nationaal District bevinden. Hun idee van Duitse klederdracht, Duitse muziek, aan het podium banners met Duitse en Russische tekst vriendschappelijk naast elkaar, … Het dorpsfeest zit in zijn beginfase. Bussen met dansgroepen die later op de dag optreden, komen nog aangereden. 

Gelukkig kan er wel al gegeten en gedronken worden. Aan de meeste kraampjes wordt sjasliek geserveerd. Het is een eeuwigheid geleden dat ik op een fietsreis in een zanderig bos in het westen van Polen hopeloos verloren rijd. Het bos is zo uitgestrekt dat ik vrees er dieper en dieper in te verdwalen. Opluchting wanneer een fietsende vriendengroep mijn pad kruist. Ik ben inderdaad kilometers van mijn route afgeweken. Ze nemen me op sleeptouw naar het meer waar zij zullen picknicken en waar ik sowieso langs moet. Hoewel we amper met elkaar kunnen spreken, nodigen ze me uit op hun picknick. De mannen verzamelen hout en starten een vuurtje. De vrouwen versnijden aardappelen en groenten. De sjaslieks die op een metalen rooster op de smeulende houtskool worden gelegd, luiden het begin in van het meest weelderige maal dat ik in dagen heb gegeten. Na het eten zwemmen en dollen we erop los. Het is reeds valavond wanneer onze wegen zich scheiden. De geur van op houtskool gegrilde satés roept iedere keer opnieuw deze eerste ontmoeting met sjasliek op. 

In een tent een heel gamma aan zelfgemaakte hapjes waartussen je ook als vegetariër je gading vindt. Allen zijn huisbereid en kosten 10 roebel per stuk. Wanneer we menen met negen hapjes onze honger te kunnen stillen, volgt de vraag: “Waarom geen 10 hapjes om tot een ronde 100 roebel te komen?” We besluiten een glas kefir te delen.

Ondanks de ook hier je vriendelijk begroetende kinderen, de sterke sjasliekgeur en het net als alle andere aanwezigen opgespeld krijgen van een voor het dorpsfeest ontworpen borstlint, voelen we ons toch een vreemde eend in de bijt. Het dorpje verder verkennen? Aan het eind van de feeststraat de toegangspoort tot een groot omheind domein. Net voor ons gaan twee mannen – herders? – de toegang door. Wij dan ook maar? Links, houten kralen met enkele tientallen koeien. In het midden en rechts een hele rits aan verlaten bakstenen stallen. We neuzen nog niet lang rond wanneer we van veraf een wagen op ons zien toerijden. In de wagen een man en een vrouw. Hij vraagt: “Wie zijn jullie?” Mijn reisgezellin antwoordt “Wij zijn niemand. Wij bezoeken het dorpsfeest.” Voor hem volstaat dit mij vreemd klinkende antwoord. Hij rijdt weg.


Toegangspoort tot het grotendeels verlaten veehoudersbedrijf

De echte doorstart van het dorpsfeest kunnen we niet afwachten: we worden vannacht terug in Novosibirsk verwacht. Ook wij dus op weg.

Tekst en foto's: Lieven Vandenhole

Lees het Dagboek uit Rusland

Vorig artikel De Kreutzersonate – Lev Tolstoj
Volgend artikel Tatiana Frolova, KnAM Theater – Je n'ai pas encore commencé à vivre