De Kreutzersonate – Lev Tolstoj

Okt 3, 2018
René-Xavier Prinet - Sonate à Kreutzer (1901), fragment
René-Xavier Prinet - Sonate à Kreutzer (1901), fragment

‘De Kreutzersonate’ is een grauwe novelle van Lev Tolstoj uit 1889. In die tijd hield de auteur van ‘Oorlog en Vrede’ (1869) en ‘Anna Karenina’ (1877) zich voornamelijk bezig met morele vraagstukken. In ‘De Kreutzersonate’ buigt Tolstoj zich over thema’s als jaloezie, de (on)mogelijkheid van een bevredigend huwelijk en de vaak conflictueuze sexuele begeerte.

Treingesprek
Tijdens een dagenlange treinreis blikt een zekere Pozdnysjev terug op zijn huwelijk. Aanvankelijk spreken de medereizigers in zijn coupé over het groeiende aantal echtscheidingen. Volgens de één zijn de vrouwen te ontwikkeld geworden, een oude man meent dat een vrouw bang moet zijn van haar echtgenoot. Nog een ander is er stellig van overtuigd dat een liefde die een leven lang duurt enkel in romans voorkomt. 

Relaas van een huwelijk
Pozdnysjev is geagiteerd geraakt door het gesprek en kan de slaap niet vatten. Hij begint aan de ondertussen enig overgebleven treinreiziger het triestige relaas te doen van zijn leven en huwelijk. Voor hij de vrouw leerde kennen die zijn echtgenote zou worden, hield hij er een losbandig leven op na. Zijn gedrag werd niet alleen als normaal beschouwd, maar ook aangemoedigd: zo hoorde een gezonde jongeman in het leven te staan. Pozdnysjev schaamt zich nu over deze jaren, over hoe hij vrouwen gebruikte en zelf enkel op pleziertjes en avontuurtjes uit was. 

Verliefd
Dan wordt Pozdnysjev verliefd. “Hoe dit zij, ik was dan ook in de val gelopen. Ik was wat je noemt verliefd. Ik beschouwde haar als het summum van volmaaktheid, en dat niet alleen, maar ook mijzelf zag ik in mijn verlovingstijd in een uiterst idealiserend licht. … Ik kan nu niet meer zonder schaamte aan die periode terugdenken. Wat een abominabel gedoe! Het moest immers een geestelijke, geen zinnelijke liefde voorstellen. Nu, als geestelijke liefde bestaat, een geestelijk contact, dan zou dat geestelijk contact tot uiting moeten komen in woorden, gesprekken, conversatie. Niets van dat alles was het geval. Het spreken viel ons, als we samen alleen waren, soms vreselijk moeilijk. Wat was dat een Sisyfusarbeid.” (p. 82, hier en verder wordt er geciteerd vanuit L.N. Tolstoj - Verzamelde werken, deel 6, Uitgeverij G.A. van Oorschot B.V.)

Ontgoocheld
Kort na het huwelijk, tijdens de wittebroodsweken al, voelen de kersverse echtgenoten zich ontgoocheld en bedrogen door de liefde. Hun gesprekken verlopen moeizaam en gênant, op huwelijksreis vervelen ze zich stierlijk en dit alles veroorzaakt het gevoel van braakneigingen. De eerste ruzie laat een vreselijke indruk achter, maar al snel volgen er meer twisten. “Dit was geen twist, dit was gewoonweg het gevolg van onze geëindigde libido, waardoor onze werkelijke wederzijdse verhouding aan het licht kwam.” (p. 88)

In deze staat van wederzijdse vijandschap leven ze verder.

Gezin
Dat het huwelijk geen geluk bracht, maar vijandschap, dat het huwelijk in feite een grote last was om te dragen, houdt Pozdnysjev zowel voor de buitenwereld als voor zichzelf verborgen. In acht jaar tijd krijgt het koppel vijf kinderen. Zijn vrouw gaat helemaal op in haar rol van zorgende moeder. Verder leven man en vrouw eerder naast dan met elkaar. “De aanwezigheid van kinderen maakte ons leven niet beter, maar vergalde het.” (p. 101) De zorg voor de kinderen is zwaar, vooral voor zijn vrouw, en bovendien blijken ze vaak een nieuwe aanleiding tot onenigheid.

In deze staat van wederzijdse vijandschap leven ze verder. “Dit is zowel de redding als de straf voor de mens, dat hij, als hij verkeerd leeft, zichzelf een rad voor de ogen kan draaien teneinde de armzaligheid van zijn gedoe niet te onderkennen.” ( p. 103) Ze lijken wel twee gevangenen, geketend aan dezelfde boeien. De kinderen worden ouder, de praktische zorg neemt af en op een bepaald moment ontwaakt zijn vrouw als het ware uit een roes. Ze gaat meer tijd besteden aan zichzelf, haar uiterlijk, ze zet zich weer aan de piano. “Dit was het begin van alle narigheid.” (p. 107)

De Kreutzersonate van Beethoven: zielsverheffend of verderfelijk?
En dan komt Troechatsjevski op de proppen, een violist. Het is Pozdnysjev zelf die voorstelt dat ze samen zouden musiceren. Zijn echtgenote raakt bedwelmd door de muziek, ze is overrompeld “door de macht die de muziek, vooral van een viool, op ontvankelijke gemoederen uitoefent” (p. 115), maar ook door de violist zelf. Op een muzikale avond spelen ze samen de Kreutzersonate van Beethoven. “Een vreselijk ding, die sonate. Vooral dat eerste deel. En in ’t algemeen is muziek een vreselijk iets. Waar zit hem dat in? Ik snap het niet. Wat is muziek eigenlijk? Wat doet ze? En waarom doet ze wat ze doet? Men zegt dat muziek de ziel verheft – onzin, een onwaarheid! Er gaat een werking van uit, een verschrikkelijke werking, tenminste op mij, maar absoluut geen zielsverheffende. Muziek verheft de ziel niet en drukt de ziel niet teneer, maar ze prikkelt de ziel. … Zij, de muziek, brengt mij plotseling, onverhoeds in de geestesgesteldheid waarin zich de componist heeft bevonden. De man die bijvoorbeeld de Kreutzersonate heeft geschreven, die Beethoven, heeft natuurlijk geweten waarom hij in een bepaalde stemming verkeerde; die stemming bracht voor hem bepaalde daden mee en had voor hem dus zin, maar voor mij geen enkele. Daarom windt muziek ons op zonder bepaald doel.” (p. 122)

Finale
Wanneer Pozdnysjev kort daarna op zakenreis is, krijgt hij het vermoeden dat de twee een affaire hebben. Hij keert eerder dan afgesproken terug naar huis. Bij aankomst om één uur ’s nachts merkt hij dat het licht nog brandt. Hij ziet de mantel van Troechatsjevski hangen in de vestibule. Het monster van de jaloezie heeft hem ondertussen helemaal in zijn greep. Voor hij de zaal inloopt waar zijn vrouw zich met haar minnaar bevindt, neemt hij een dolk uit zijn kamer. De schrik en angst staan te lezen in de ogen van de minnaars, die eerst nog alles proberen te ontkennen. Pozdnysjev werpt zich op zijn vrouw en steekt de dolk recht in haar ribben. De violist vlucht weg, zijn vrouw sterft tegen de middag en de kinderen worden toegewezen aan haar zus.  

Geestelijke crisissen
Wat bezielde Tolstoj om zo’n zwarte, zwaarmoedige novelle te schrijven? Uit verschillende biografieën (van o.a. Pietro Citati en Rosamund Bartlett) weten we dat de auteur zelf geregeld aan depressies leed en zelfmoord overwoog. Zijn meesterwerken ‘Oorlog en vrede’ en ‘Anna Karenina’ bezorgden hem ongekende roem in binnen- en buitenland, en daarna worstelde Tolstoj met het schrijven. Wellicht wist hij dat hij het niveau uit genoemde romans nooit meer zou evenaren. Tolstoj schreef vanaf 1880 hoofdzakelijk filosofische teksten. Ondermeer ‘De dood van Ivan Iljitsj’ en ‘De Kreutzersonate’ vormen hierop een uitzondering. Beide novelles zijn doortrokken van een grauwe sfeer, de toon is ronduit negatief, op het zwartgallige af.

De leer van Tolstoj
Tolstoj nam naar het einde van zijn leven toe steeds vaker de rol van profeet of heilige dwaas op zich. Hij predikte geweldloosheid, sexuele onthouding, vegetarisme en dacht met afschuw terug aan de fouten die hij begaan had in zijn eigen leven. De schets van het losbandige leven van Pozdnysjev bevat op zijn minst enkele autobiografische elementen. Daarnaast was Tolstoj onder de indruk van een boek dat hem toegestuurd werd op zijn landgoed in Jasnaja Poljana: ‘Tokology: A book for Every Woman’. De auteur van het boek, Dr. Alice Bunker Stockham, was één van de allereerste vrouwelijke artsen in de VS. Ze was gespecialiseerd in gynaecologie en was van mening dat vrouwen niet de ene na de andere zwangerschap moesten verdragen en dat mannen hun sexuele verlangens moesten leren beheersen. Tolstoj was het volkomen eens met de auteur en stuurde haar een brief, in het Engels. 

“Without labour in this direction mankind cannot go forward; and it seems to me especially in the matter treated in your book in chapter XI ‘Chastity in Marital Relations’, we are very much behindhand. … That sexual relation without the wish and possibility of having children is worse than prostitution and onanism, and in fact is both. I say it is worse, because a person who commits these crimes, not being married, is always conscious of doing wrong, but a husband and a wife, which commit the same sin, think that they are quite righteous.” (A Russian Life, Rosamund Bartlett, p. 327)

Ontvangst
Hoe werd de novelle onthaald? Nog voor het manuscript gedrukt en officieel gepubliceerd werd, werd het clandestien gekopieerd en verspreid (samizdat). Het werd het meest besproken boek van die tijd in Sint-Petersburg en veroorzaakte een waar schandaal. Tegen februari 1890 werden illegale kopies van het boek gelezen in heel Moskou. Tsjechov stond aanvankelijk positief t.o.v. de novelle en schreef aan zijn vriend Aleksej Plesjtsjeev:

“Vond u ‘De Kreutzersonate’ echt niet mooi? Ik zou nu ook niet beweren dat het iets geniaals is, of onsterfelijk – daar kan ik niet over oordelen, maar ik vind wel dat men, in vergelijking met alles wat er nu geschreven wordt in binnen- en buitenland, moeilijk iets gelijkaardigs zal vinden, zowel wat betreft het belang van het thema, als de schoonheid van het werk. Naast zijn artistieke verdiensten, die op bepaalde plaatsen indrukwekkend zijn, moeten we dankbaar zijn voor de kracht die de novelle heeft ons denken tot het uiterste uit te dagen. Terwijl je leest, kan je je er bijna niet van weerhouden om uit te roepen: “Dat is zo waar!” of “Dat is maar dom!”. (“Неужели Вам не понравилась «Крейцерова соната»? Я не скажу, чтобы это была вещь гениальная, вечная — тут я не судья, но, по моему мнению, в массе всего того, что теперь пишется у нас и за границей, едва ли можно найти что-нибудь равносильное по важности замысла и красоте исполнения. Не говоря уж о художественных достоинствах, которые местами поразительны, спасибо повести за одно то, что она до крайности возбуждает мысль. Читая ее, едва удерживаешься, чтобы не крикнуть: «Это правда!» или «Это нелепо!».  - 15 februari 1890, vertaling - Nele Ninclaus) 

Later zal Tsjechov zijn mening herzien en noemt hij het boek belachelijk en absurd. 

Sofja Tolstaja
De echtgenote van Tolstoj, Sofja Tolstaja, leefde in de schaduw van haar man, maar koesterde heimelijk zelf literaire aspiraties. Ze schonk hem dertien kinderen, runde het huishouden en pende de schrijfsels van haar man heel nauwkeurig over, zodat de tekst leesbaar zou zijn. Toen ze ‘De Kreutzersonate’ las, werd ze woedend op haar man, omdat die haar afgeschilderd had als een ordinaire verleidster. Ze schreef ‘Een zuivere liefde’ (oorspronkelijke titel: "Чья вина?") als antwoord op ‘De Kreutzersonate’. Het boek werd pas vijfenzeventig jaar na haar dood gepubliceerd en werd in 2011 naar het Nederlands vertaald door Eva van Santen.

Tekst: Nele Ninclaus

Vorig artikel De Krim als het vreemde, de Krim als vertrouwd - Sara Dickinson
Volgend artikel Road trip in de kraj Altaj, 4