Aantekeningen uit het dodenhuis – Fjodor Dostojevski

Aug 22, 2018
Een standbeeld van Fjodor Dostojevski in Omsk © Kristina Abramjan, www.om1.ru
Een standbeeld van Fjodor Dostojevski in Omsk © Kristina Abramjan, www.om1.ru

Dostojevski kwam als jong, beginnend schrijver regelmatig samen met andere intellectuelen in het huis van graaf Petrasjevski. Ze discussieerden over politieke kwesties en mogelijke politieke hervormingen in Rusland. Op 23 april 1849 werd Dostojevski in zijn huis in Sint-Petersburg gearresteerd en gevangengezet in de Petrus- en Paulusvesting. Naast hem werden nog een veertigtal anderen uit de Petrasjevski-groep opgepakt. De tsaar zelf gaf opdracht tot de arrestatie. Vijftien van hen werden ter dood veroordeeld, onder hen ook Dostojevski. Eén minuut voor de executie zou plaatsvinden (op 22 december 1849), verleende tsaar Nikolaj I hen gratie. De straf werd omgezet in vier jaar dwangarbeid in Omsk (Siberië) en daarna zes jaar als dwangsoldaat in Semipalatinsk (ook in Siberië).

Semipalatinsk
Aantekeningen uit het dodenhuis is een semi-autobiografische roman over de jaren die Dostojevski doorbracht in het dwangarbeiderskamp. Hij schreef het boek vooral op aanraden van Aleksandr Jegorovitsj von Wrangel, die op zestienjarige leeftijd ooggetuige was geweest van de schijnexecutie in Sint-Petersburg en die vijf jaar later tot officier van justitie werd benoemd in Semipalatinsk. De twee mannen werden goede vrienden. Aleksandr von Wrangel ontfermde zich over de schrijver. Over deze vriendschap werd in 2015 De kozakkentuin geschreven. De auteur, Jan Brokken, schreef tevens de inleiding bij de nieuwste uitgave van Aantekeningen uit het dodenhuis

Katorga
Het boek beschrijft de vreselijke omstandigheden in de katorga (de strafkolonie). Dostojevski schrijft heel gedetailleerd over kakkerlakken, voetketenen, wondes, medegevangenen, de barakken, het hospitaal, vluchtpogingen, enz. Verder deelt hij ook verhalen die hij opving van of over andere dwangarbeiders. In de loop van het boek ontpopt Dostojevski zich als een ware psycholoog: hij schetst de meest verschillende types, hun karakters, hun soms irrationele handelingen of uitspraken. Tenslotte bevat het boek tal van beschouwende passages over de mens, vrijheid en onvrijheid, de invloed van geld en macht en de effecten van verveling en eenzaamheid op de menselijke geest, ziekte en lijden, over de dood, over naastenliefde en vijandigheid. 

Aantekeningen uit het dodenhuis
Vertaald door Marko Fondse, Atlas Contact, 2015

Gids
Alle grauwigheid ten spijt is dit geen door en door grauw boek. Jan Brokken schrijft hierover in de inleiding tot het boek: ‘Voor tienduizenden mannen en vrouwen in gevangenissen, internerings-, vluchtelingen- of concentratiekampen werd dit boek, of de herinnering aan dit boek, een gids in optimisme, houding en moed.’ (p. 11) Dostojevski is bovenal toeschouwer: hij kijkt, onthoudt, legt vast, registreert. Misschien is dit de enige goede houding, wil men zo’n kamp overleven? Hoopvol kijkt Dostojevski uit naar het einde van zijn gevangenschap. Elke dag maakt hij de optelsom: weer een dag minder, nog zoveel dagen voor de boeg. … Het is enkel de hoop die de mens in leven houdt. ‘Ik voorvoelde ook toen al, welk ongelooflijk aanpassingsvermogen een mens bezit. De mens is taai! De mens is een schepsel dat aan alles went, en dat is geloof ik wel de beste definitie die je van hem kunt geven.’ (p. 28)

Eerste zinnen
‘Ons tuchthuis stond aan de rand van de vesting, vlak bij de vestingwal. Soms gluurde je door een spleet in de omheining Gods wereld in, in de hoop althans iets te zien, maar je kreeg nooit meer te zien dan een reepje hemel, de hoge aarden wal begroeid met steppegras en de schildwachten die daar dag en nacht over op en neer liepen. En dan bedacht je dat er hele jaren voorbij zouden gaan en dat je dan net zo door een spleet in de omheining zou gluren en diezelfde wal, net zulke schildwachten en precies hetzelfde reepje hemel zou zien, niet die hemel boven het tuchthuis, maar een andere, verre en vrije hemel.” (p. 25)

Publicatie
Eerst werd het boek in het tijdschrift Vremja gepubliceerd (1861 – 1862), daarna in boekvorm (eind 1862). Het 'veroorzaakte een schok onder de Russische intellectuelen en een storm aan protesten tegen het hardvochtige strafregime’, schrijft Jan Brokken (p. 12), en het maakte van Dostojevski op slag (opnieuw) een van de grootste schrijvers van Rusland. ‘Ik ken geen beter boek in de hedendaagse literatuur’, merkte Tolstoj op over Aantekeningen uit het dodenhuis. Vele critici en literatuurwetenschappers zijn van mening dat het boek een heel treffend beeld geeft van de Russische volksaard. 

Dostojevski legt de link tussen absolute macht en tirannie, tirannie die tenslotte een gewoonte en een ziekte wordt.

Schuld en onschuld
Dostojevski hekelt het fenomeen van de dwangkampen en is ervan overtuigd dat ze totaal zinloos zijn. ‘Er was hier waarschijnlijk niemand die zich innerlijk aansprakelijk voelde voor zijn vergrijpen tegen mensheid en wet.’ (p. 33) En iets verder: ‘Ik geloof inderdaad niet dat men de misdaad verstandelijk kan benaderen vanuit kant-en-klare gezichtspunten, en de filosofie van de misdaad is echt heel wat moeilijker dan men aanneemt. Het systeem van tuchthuis en dwangarbeid corrigeert vanzelfsprekend geen enkele misdadiger. … Ik ben er vast van overtuigd dat ook het befaamde systeem van celstraf slechts tot valse, bedrieglijke en uiterlijke resultaten leidt. Het zuigt de levenssappen uit de mens, verziekt zijn psychiek, het verzwakt hem, verstoort zijn evenwicht en vervolgens stelt men het voor alsof de moreel uitgedroogde en half waanzinnige mummie die overblijft een toonbeeld van beterschap en berouw is.’ (p. 36)  Dit thema van schuld, verantwoordelijkheid, berouw zal een van de hoofdthema’s worden in Dostojevski’s latere meesterwerken Misdaad en straf en De gebroeders Karamazov. De kiem hiervoor werd duidelijk tijdens zijn verblijf in het kamp gelegd. 

De redding van een bezigheid
Het was nefast om geen enkele bezigheid, hoe klein ook, te hebben in het dwangarbeiderskamp. Uiteraard moesten de gevangenen lange dagen zware dwangarbeid verrichten. Toch bleef er tijd over ’s avonds of op vrije dagen. Gevangenen die een bezigheid hadden (waarmee ze soms wat geld konden verdienen) of gevangenen die een ambacht leerden van anderen, waren merkelijk beter af. Zonder deze bezigheid ‘zouden de gevangenen elkaar hebben opgevreten als spinnen in een glas.’ (p. 39) 

De zin en onzin van arbeid
Dostojevski schrijft over de dwangarbeid dat die niet zozeer overdreven zwaar was (volgens hem werkte een vrije boer veel harder), maar dat vooral de onontkoombare dwang ervan op de gevangenen drukte, alsook de voortdurende dreiging van de knoet. ‘De gedachte is wel eens bij me opgekomen dat als men de mens totaal zou willen vermorzelen, vernielen of op de gruwelijkste wijze straffen, men niet anders hoefde te doen dan het werk het karakter van volledige, absolute nutteloosheid en zinloosheid te geven.’ (p. 45) Het lijkt wel een pleidooi tegen de bore-out, 150 jaar voor het fenomeen die naam kreeg. Welk soort werk moesten de gevangenen doen? Dostojevski vermeldt hoe hij lange tijd in een meubelmakersafdeling het wiel van een draaibank moest bedienen. Maar ook albast branden en fijnstampen, stenen sjouwen en sneeuwruimen hoorden bij zijn taken. 

Portret van F.M.Dostojevski - V.G.Perov
Portret van F.M.Dostojevski - Vasili Perov, 1872, Tretjakovgalerij

Aristocraat
Naast de gedwongen arbeid, was ook het gedwongen samenleven met de meest verschillende soorten mensen vaak een kwelling voor Dostojevski. Mensen die zaten voor politieke misdrijven, hadden het hard te verduren bij andere medegevangenen. ‘Ze zijn u slecht gezind omdat u van adel bent en niet van hun eigen soort. Er zijn er heel wat die maar al te graag onenigheid met u willen zoeken. U zult hier nog heel wat onaangenaamheden te verwerken krijgen. Voor ons allemaal is het een verschrikkelijk moeilijk leven. Maar voor ons edelen is het in alle opzichten nog veel moeilijker.’ (p. 66)

Bijbel
Het enige boek waarover Dostojevski beschikte in het kamp, was een Russische vertaling van het Nieuw Testament. Heeft dit feit ertoe bijgedragen dat Dostojevski het kamp overleefde? Hij wordt in elk geval een diep gelovig mens. In het boek beschrijft hij ook op een heel warme manier hoe hij zijn kampgenoot Alej aan de hand van het boek Russisch leerde. De Bergrede was hun geliefde passage. Alej, een stevige jongeman van Dagestaans-Tataarse afkomst, vond Gods woord prachtig. Toen Dostojevski hem naar de mooiste zin vroeg, antwoordde Alej vurig: ‘Vergeef, heb lief, krenk niet en heb uw vijanden lief. Hoe mooi heeft hij dat gezegd!’ (p. 106)

Kerstfeest
Dostojevski wijdt twee hoofdstukken aan het vieren van het Kerstfeest. Het was één van de weinige dagen waarop de dwangarbeiders vrij hadden. Net als kleine kinderen dagenlang reikhalzend uitkijken naar Kerstavond, zo verlangden ook alle gevangenen naar het Kerstfeest. Iedereen leek iets uitzonderlijks te verwachten, eindelijk eens een breuk met de sleur! ‘De gevangene voelde onbewust dat de plechtige viering van die dag hem als het ware met de hele wereld verenigde, waardoor hij niet langer een verworpene, een verloren mens, een afgehakt lichaamsdeel was.’ (p. 197) 

Schijnexecutie van petrasjevtsy
Schijnexecutie van de Petrasjevtsy, illustratie uit 'Dostojevski', Leonid Grossman (1963)

Het hospitaal
Drie hoofdstukken wijdt Dostojevski uit over het hospitaal. Dostojevski trekt van leer tegen de autoriteiten, die de doodzieke gevangenen verplichtten om hun ketenen aan te houden. Indringend zijn de protretten van de stervenden en de krankzinnigen. Over de artsen laat Dostojevski zich bijna uitsluitend lovend uit. ‘Onze zaalarts bleef gewoon bij iedere zieke staan, onderzocht hem zeer ernstig en aandachtig en schreef de vereiste voedingsmiddelen en medicijnen voor. Het ontging hem niet dat er de nodige geveinsde zieken waren. Zo’n ingebeelde zieke kwam om uit te blazen van het werk, of om de harde britsen eens te verwisselen voor een matras en een warme zaal te ruilen voor het klamme lokaal waar bleke en uitgemergelde mensen op elkaar gepakt zaten. Onze zaalarts noteerde in zulke gevallen dan ook koorts of darmstoornissen en hield hen rustig een week in het hospitaal. (p. 269)

Lijfstraffen en beulen
Doorheen het boek, maar vooral in het tweede deel, krijgt de lezer gedetailleerde beschrijvingen van lijfstraffen: waarom ze uitgedeeld werden, aan wie, welke soorten er waren, hoe de gevangenen ze op elk hun eigen manier ondergingen, welke tactieken de beulen gebruikten, hoe de beulen onderling verschilden. Dostojevski legt de link tussen absolute macht en tirannie, tirannie die tenslotte een gewoonte en een ziekte wordt. ‘Als de een het recht krijgt om de ander lichamelijk te tuchtigen, dan is dat een van de etterbuilen van de maatschappij, een van de werkzaamste middelen tot vernietiging van iedere kiem van civilisatie binnen die maatschappij en de essentiële grondslag voor zijn zekere en onvermijdelijke ontbinding.’ (p. 290)

Schoonheid
Kan men schoonheid vinden in de grauwe context van het kamp? Dostojevski in elk geval wel. Hij zocht en vond schoonheid in enkele kampgenoten, in de weinige dieren die het kamp rijk waren (de honden Sjarik en Belka, de blinde puppie Koeltjapka, de bok Vaska en zelfs een gewonde steppearend), in een streepje blauwe hemel, in de onmetelijke rivier de Irtysj, in sommige verhalen die verteld werden of liederen die gezongen werden. In de kleinste tekenen van het ontluiken van de natuur in de lente. ‘Zelfs het miezerige, kwijnende bloempje dat ik in het vroege voorjaar ontdekte in een spleet op de stenige oever, boeide mij haast op een ziekelijke wijze.’ (p. 333)

Jan Brokken - De Kozakkentuin
In dit boek beschrijft Jan Brokken de vriendschap tussen Alexander von Wrangel en Dostojevski.

Vrijheid
In het laatste hoofdstuk beschrijft Dostojevski zijn ontslag uit het tuchthuis. ‘Vrijheid, een nieuw leven, opstanding uit de doden… Welk een gelukzalig ogenblik!’ (p. 430) Het duurt even voor Dostojevski zich sterk genoeg voelt om te gaan schrijven. Met de hulp van Aleksandr von Wrongel lukt het uiteindelijk toch. Eerst schrijft hij Oompjes droom en Het dorp Stepantsjikovo en zijn bewoners. Na enige tijd zet hij zich aan zijn herinneringen aan de katorga.

Wijsheden in één zin
Het is onmogelijk om alle thema’s die in het boek aan bod komen hier te bespreken. Wel wil ik nog enkele korte citaten meegeven die tot nadenken stemmen. Ze vormen slechts een fractie van de wijsheid die in het boek vervat zit. 

‘Het is dan ook geen toeval dat het hele volk in heel Rusland een misdaad een ongeluk noemt en de bedrijvers ervan ongelukkigen.’ – "Недаром же весь народ во всей России называет преступление несчастьем, а преступников несчастными". (p. 92)

‘Ja, het is erg moeilijk een ander te peilen, zelfs als men hem al jaren kent.’ – "Да, очень трудно бывает распознать человека, даже и после долгих лет знакомства!" (p. 121)

‘Het is werkelijk een feit: het soort mensen waar ik tussen zat – en dat geldt misschien wel voor het hele Russische volk – is bereid het ergste lijden te vergeten voor één enkel vriendelijk woord.’ – "Правда, наш народ, как, может быть, и весь народ русский, готов забыть целые муки за одно ласковое слово". (p. 281)

‘Het kost moeite zich een voorstelling te maken van de mate waarin de menselijke aard kan ontaarden.’ – "Трудно представить, до чего можно исказить природу человеческую". (p. 294)

Film
In 2011 verscheen de TV-reeks ‘Dostojevski’ van de Russische regisseur Vladimir Khotinenko. Het is een prachtige serie van ruim zeven uur over het leven van Dostojevski, vanaf het moment van zijn terdoodveroordeling in 1849 tot zijn dood in 1881. Ook de periode in het dwangarbeiderskamp komt ruim aan bod. Veel passages uit Aantekeningen uit het dodenhuis hebben duidelijk als inspiratiebron gefungeerd voor de film. In de rol van Dostojevski schittert de bekende Russische acteur Jevgeni Mironov.

Leoš Janáček
In november 2018 wordt in De Munt de laatste opera van de Tsjechische componist Leoš Janáček opgevoerd. ‘Uit een dodenhuis’ is gebaseerd op Aantekeningen uit het dodenhuis van Dostojevski.

Tekst: Nele Ninclaus

Vorig artikel Taxi
Volgend artikel Amfitheater van Iskitim